Op het eerste gezicht lijken de risico’s voor plantengezondheid misschien niet zo belangrijk als de voedselveiligheid. Toch kunnen planten, bloemen en zaden, die de basis vormen van de voedselketen, vaak ongemerkt plaagorganismen meedragen.
De handel van planten, zowel binnen Europa als wereldwijd, zorgt voor een vlotte verspreiding van al dan niet exotische virussen, schimmels, bacteriën en insecten. Door de klimaatveranderingen kunnen steeds meer van deze organismen overleven in onze streken en veel schade toebrengen aan onze productie (landbouw, bosbouw …) en aan het milieu (openbaar groen, natuur …). Dit heeft nadelige gevolgen voor onze voedselvoorziening, onze economie en onze levenskwaliteit. Het is dus beter om de insleep van plaagorganismen te voorkomen dan te genezen.
Partijen planten die besmet blijken te zijn met EU-quarantaineorganismen* moeten uit de handel worden genomen. In geval van prioritaire quarantaineorganismen en zeer hardnekkige EU-quarantaineorganismen wordt een terugroeping bij de consument opgelegd.
Zo werd in december 2022 een terugroepactie opgezet voor rozemarijnplanten die deel uitmaakten van een partij waarin in Portugal de bacterie Xylella fastidiosa was aangetroffen en die via een Nederlandse handelaar aan Belgische tuincentra waren geleverd. In april 2023 werd ook een terugroepactie opgezet voor kamerplanten van Ficus microcarpa die besmet waren met de nematode** Meloidogyne enterolobii (en die verdeeld werden door een grote distributieketen).
* Dit zijn schadelijke organismen zoals insecten, schimmels of bacteriën die niet of nauwelijks in de EU voorkomen. Door deze organismen kan een ziekte of plaag ontstaan die heel schadelijk is voor gewassen. Ook kan er grote economische schade ontstaan.
** Een microscopisch klein, met het blote oog onzichtbaar aaltje of rondworm.