“En, goed verkocht vandaag?” Het is steevast de eerste vraag tijdens bijeenkomsten van de familie Van Laecke. “Al zo lang als ik me kan herinneren is de winkel het hoofdonderwerp in onze gesprekken”, lacht Celine. Samen met haar zus Anne-Sophie vormt ze de derde generatie van buurtsupereigenaars.
“Het is volledig hun eigen keuze geweest om in onze voetsporen te treden”, vertelt mama Annick Van de Steene. “We hebben nooit iets geforceerd.” “Maar wél gestimuleerd!”, grapt grootmoeder Lilianne Sucaet. We kruipen aan tafel met het vrouwelijke driegeslacht van Spar Eke en Aalter en rakelen oude herinneringen op. Over de genetische ondernemersmicrobe, technologische veranderingen en generatie-overstijgende trots.
In Aalter is André Van Laecke geen onbekende. “Hij trok jarenlang rond met zijn melkronde en kende iedereen uit de streek”, vertelt zijn 81-jarige echtgenote Lilianne. “In diezelfde periode – in 1971 – zijn we gestart met de winkel. Een klein pand, zo’n 100 vierkante meter groot, in de Stationsstraat in Aalter. Toen nog maar met één medewerker in dienst. Later zijn we verhuisd naar een groter gebouw in de Lostraat."
"Daar zijn we gebleven tot we in het begin van de jaren 90 de fakkel doorgaven aan onze zoon Peter en zijn vrouw Annick.” En zo geschiedde: de start van een trend die zich nog meermaals zou herhalen.
Jong geleerd is oud gedaan
“Peter en zijn tweelingbroer Koen waren als kind al echte commerçanten”, vertelt Lilianne. “Toen ze klein waren, plukten ze rode bessen om die daarna te verkopen. En in het middelbaar maakten ze iedere vrijdagavond verse kroketten om in de winkel te verkopen. Tja, de microbe had hen al vroeg te pakken (lacht)."
"Het was dan ook geen verrassing toen drie van onze kinderen besloten in de voedingssector te blijven: Koen ging voor bakker, Hilde volgde koksschool en Peter leerde de stiel van beenhouwer. Bij de verhuizing van de winkel naar de Lostraat was het eigenlijk de bedoeling dat de kinderen er elk hun eigen afdeling zouden openen. Maar uiteindelijk is iedereen zijn eigen weg uitgegaan.”
“Alleen Peter is blijven plakken”, vult Annick aan. “Dat hij niet van plan was om het idee van een winkelovername te laten varen, was al snel duidelijk. We kenden elkaar nog maar pas toen hij me al vroeg of ik het zag zitten om samen met hem de winkel in Aalter open te houden. ‘Als je mij kiest, dan pak je de winkel erbij.’ Gelukkig voor hem sprak dat plan me wel aan."
"En zo zijn Peter en ik er samen ingerold: twee jonge twintigers die eigenlijk niet goed wisten waar ze aan begonnen. Onder de vleugels van mijn schoonouders leerden we de kneepjes van het vak. Tot we er helemaal klaar voor waren en de winkel officieel overnamen.”
CelineJarenlang woonden we naast de Spar, liepen we ’s morgens in onze pyjama tussen de winkelrekken en leefden we volgens het ritme van de winkel.
Opgroeien in de Spar
De ondernemersmicrobe is besmettelijk, weten Celine en Anne-Sophie. Want ook de twee kleindochters van oprichters André en Lilianne volgden hun voorbeeld. “Hoe kan het ook anders”, lacht Celine. “We zijn ermee grootgebracht. Jarenlang woonden we naast de Spar, liepen we ’s morgens in onze pyjama tussen de winkelrekken en leefden we volgens het ritme van de winkel. Dan is het logisch dat je daar als kind een fascinatie voor ontwikkelt."
"Op school koos ik voor mijn spreekbeurten altijd onderwerpen die iets met de buurtsuper te maken hadden. En na het middelbaar studeerde ik verder in de retail marketing om me helemaal voor te bereiden op een eigen winkel. Het was mijn grote droom en ik deed er alles aan om die waar te maken.” Met succes, want Celine baat al bijna tien jaar de Spar in Eke uit, waarvan zes jaar met haar echtgenoot aan haar zijde.
Een groot verschil met zus Anne-Sophie, die aanvankelijk een andere toekomst voor ogen had. “Ik heb immobiliën en verzekeringen gestudeerd”, legt ze uit. “Maar al snel kreeg ik heimwee naar het supermarktgegeven. En vooral: naar het sociale aspect ervan. Ik miste de energie die ik kreeg van het werk in de winkel. De voldoening van bezig zijn met mijn handen. De babbels met de klanten. Uiteindelijk ben ik dan toch gezwicht voor de charme van de buurtsuper.”
“Ruim vijf jaar geleden nam Anne-Sophie samen met haar man de Spar in Aalter van ons over”, zegt Annick. “Zo hebben Peter en ik de ruimte om opnieuw te beginnen: wij focussen ons nu volledig op de keuken. We leveren volledige gerechten aan de winkels van onze dochters. En zo is de cirkel helemaal rond.”
Anne-SophieIk studeerde immobiliën en verzekeringen, maar ik miste al snel de energie die ik kreeg van het werk in de winkel. De voldoening van bezig zijn met mijn handen.
Een familiaal recept ...
De buurtsuper van Van Laecke volgt al decennialang een goed bewaard familierecept, met vaste waarden en normen die trots worden doorgegeven van generatie op generatie. Annick: “Denk bijvoorbeeld aan klantvriendelijkheid. Een fundamenteel ingrediënt in onze Spar. Maar ook het familiale karakter is voor ons cruciaal. Al vertaalt elke generatie dat natuurlijk op z’n eigen manier.”
“Klopt. Oma en opa kenden iedereen bijvoorbeeld bij naam”, vult Celine aan. “Bij geboortes en overlijdens waren ze als een van de eersten op de hoogte. Opa gaat nog steeds naar begrafenissen van oud-klanten. Hij vindt dat evident. Hoewel de betrokkenheid naar klanten toe door de jaren heen wat veranderd is, hechten we nog steeds heel veel waarde aan die persoonlijke verankering in de buurt.”
“De Van Laeckes zijn ook altijd sterk geweest in de versafdeling”, gaat Anne-Sophie verder. “Maar liefst 64% van de winkel is tegenwoordig vers. Daar staan we om bekend, daar rekenen de klanten op. Papa zegt altijd: ‘Kwaliteit, dat is constant zijn.’ De mensen moeten weten wat ze kunnen verwachten."
"Nog iets waar thuis altijd op gehamerd werd: je moet ervoor zorgen dat je winkel een aangename plaats is. Of, om het met mama haar woorden te zeggen: ‘Je buurtsuper is zoals een living.’ Het hele plaatje moet kloppen, van het aanbod tot de inrichting en de medewerkers die er rondlopen.”
AnnickEr is veel veranderd in mijn generatie, maar dat hield het net boeiend.
... met een eigen toets
Toch legden de drie generaties ook elk hun eigen accenten. “Een winkel moet nu eenmaal meegaan met z’n tijd”, vindt Lilianne. “In mijnen tijd was er bijvoorbeeld nauwelijks sprake van papierwerk. We hadden nog geen scanners aan de kassa’s, moesten veel meer hoofdrekenen en kenden de prijzen vanbuiten. Nu gebeurt bijna alles met machines en apparaten. Blij dat ik daar nog net aan ontsnapt ben!”
“De digitalisering van de sector was inderdaad niet evident”, vertelt Annick, die de technologische evolutie in de jaren 90 van dichtbij meemaakte. “Er gebeurde zoveel tegelijkertijd: de opkomst van de computers, de switch naar de euro, de overstap naar meer zelfbediening, de eerste voorzichtige stapjes richting kant-en-klaar ... Er is veel veranderd in mijn generatie, maar dat hield het net boeiend.”
Voor de huidige generatie is die automatisatie heel evident. “Behalve wanneer er iets niet werkt. Het is pas wanneer de kassa’s uitvallen dat je beseft hoe afhankelijk we zijn geworden.” Al zijn er ook vandaag nieuwe trends om aan te wennen. “Denk aan een uitbreiding van het assortiment met gerechten zoals pokébowls of de groeiende populariteit van online shopping."
"Er is ook meer vraag naar lokale producten. Mensen kiezen bewust voor de korte keten. Daarmee keren we eigenlijk een beetje terug naar de tijd van oma en opa: vers van bij de boer, zonder plastiek! Maar wat ons tegenwoordig het meest opvalt: de fierheid van vakmensen lijkt weg te ebben. Gepassioneerde en gemotiveerde medewerkers vinden, is allesbehalve eenvoudig. Het is vooral jammer dat zoveel kennis over onze voeding verloren gaat.”
LilianeAls ik de kans kreeg om mijn leven over te doen, koos ik zonder twijfel opnieuw voor de winkel!
Een mooi beroep
Waar de vier dames het absoluut over eens zijn: een buurtsuper uitbaten zal altijd z’n uitdagingen hebben, maar het is en blijft een mooi beroep. “Als ik de kans kreeg om mijn leven over te doen? Dan koos ik zonder twijfel opnieuw voor de winkel”, zegt Lilianne resoluut.
“We hebben er lief en leed gedeeld en hebben er de mooiste vriendschappen aan overgehouden. Niet alleen met de klanten, maar ook met de medewerkers. De allereerste werknemer die bij mij in dienst kwam, is hier bijna vijftig jaar gebleven.” “Jeannine heeft voor drie generaties Spar Aalter gewerkt”, knikt Anne-Sophie. “Dat zijn contacten en herinneringen om te koesteren.”
Of de opvolging verzekerd is? Wie weet. “Opa vraagt nu al aan zijn achterkleinkinderen of ze later winkelier willen worden”, lacht Celine. “De buurtsuper is zijn levenswerk en zijn fierheid werkt aanstekelijk. Die trots geven we dan ook met hart en ziel door. Met een beetje geluk komt daar een vierde generatie winkeliers uit voort (lacht).”