1. Ajuinprincipe: Draag de kleding in losse lagen en zorg daarbij dat ze niet knellen, maar toch goed afsluiten
2. VIP-principe: Draag de kleding in 3 verschillende lagen: • ventilerende laag aan de binnenzijde (ondergoed) • isolerende laag als tussenlaag • protectieve laag aan de buitenzijde
3. Natte kleding verliest zijn isolerende werking. Zorg er daarom voor dat de kleding droog blijft en vervang ze door droge kleding bij overvloedige transpiratie of nat worden.
4. Draag schoenen met voering en een dikke, isolerende zool.
5. 1/3 van de lichaamswarmte gaat verloren via het hoofd, de hals en de nek. Bescherm deze lichaamsdelen daarom met een bivakmuts, kraag of sjaal
6. Bescherm de handen met 1 of zelfs 2 paar handschoenen
7. Drink voldoende warme dranken (bouillon, soep, halfvolle chocolademelk) om op te warmen, maar drink daarbovenop ook voldoende water om koudeletsels te voorkomen. Vermijd dranken die cafeïne bevatten, want die zijn vochtafdrijvend, ze verhogen de transpiratie en verwijden de bloedvaten.
8. Beperk de duur en intensiteit van de blootstelling aan de koude en dit door jobroulatie, alternatieve werkmethodes en een werk/rustschema waarbij de medewerker kan pauzeren in een verwarmd lokaal.
9. Houd rekening met het effect van luchtstromen (tocht en wind) op het koudegevoel (gevoelstemperatuur) en gebruik zo mogelijk windschermen.
10. Niet wrijven en traag opwarmen bij onderkoeling en bevriezingsletsels zijn cruciaal voor de eerstehulpverlening (EHBO).
De volledige brochure 'Werken in de koude' vindt u hier.