Q&A
Vraag: Kan een ‘overlater’ of verkoper van een handelsfonds, na de overdracht ook ‘franchisegever’ worden van de koper (2e deel)?
Antwoord: De wetgeving verbiedt dit niet, maar het schept wel een bijzondere situatie. De wetgeving verplicht immers franchisegevers of andere formules van commerciële samenwerking om een maand voor de ondertekening van het samenwerkingscontract alle nodige informatie ter beschikking te stellen van de kandidaat-franchisenemers. De franchisegever moet dus in deze specifieke context minstens een maand voor de ondertekening niet alleen de voorwaarden van de aansluitingsovereenkomst meedelen, doch ook alle voorwaarden die te maken hebben met het overnemen van het handelsfonds en de handelshuurovereenkomst.
De kandidaat-aangeslotene moet immers minstens één maand kunnen nadenken (na ontvangst van alle informatie) over ondermeer volgende vragen:
- Welke commerciële vrijheid heb ik om zelf als ondernemer mijn winstgevendheid te optimaliseren?
- Wat betekenen eventuele nieuwe financiële voorwaarden?
- Wat met de impact op de rentabiliteit van eventuele uitgebreide verplichtingen inzake assortiment, bevoorrading en opgelegde verkoopprijzen?
- Zijn er – op zich sterk af te raden – persoonlijke aansprakelijkheden als aandeelhouder en bestuurders?
- Welke garanties zijn er om een correcte ROI te realiseren of met andere woorden mijn investeringen terug te verdienen binnen de duurtijd van de overeenkomsten?
- Beperken concurrentiebedingen mijn handelsvrijheid tijdens of zelfs na de samenwerking?
- Zijn er bepaalde aankoopverplichtingen en zo ja, in welke mate ben ik gebonden aan de franchisegever?
- Wat met zeer omvattende en hoge schadevergoedingen?
- ...