De sociale partners - verenigd in de Groep van Tien waaronder UNIZO - onderhandelen sinds januari over de loon- en arbeidsvoorwaarden. Struikelsteen is met hoeveel de lonen in de privésector mogen stijgen, bovenop de index.
Een rapport van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) legt de grens voor een loonstijging op 0,4 %. De bonden spreken over een "aalmoes", terwijl de werkgevers schermen met de concurrentiekracht in wat ze één van de grootste economische crisissen ooit noemen. De kloof tussen beiden blijkt nu te groot.
De werkgevers melden in een brief aan de regering het mislukken van het overleg. "De werkgeversorganisaties hebben vandaag moeten vaststellen dat de vakbonden geen mandaat hebben om de besprekingen in de schoot van de Groep van 10 verder te zetten", klinkt het in de mededeling van VBO, Unizo, UCM en Boerenbond.
"We zijn vragende partij voor een oplossing, maar binnen de normen van de wet en van het regeerakkoord", aldus VBO. “Wat de vakbonden vragen, een indicatieve loonnorm, gaat in tegen de wet", zegt ook UNIZO.
Vakbonden dringen aan op zo’n indicatieve loonnorm, zodat sectoren die het goed doen toch wat extra kunnen geven. De werkgevers schermen met de concurrentiekracht en de penibele situatie waar veel bedrijven zich in bevinden. Daarmee ligt de bal nu in het kamp van de regering, dik tegen haar zin. Het loonoverleg is immers een heikel politiek dossier. Het verdeelt socialisten en liberalen binnen de regering.
Bron: Belga