Payconiq goedkoopste betaaloplossing

In De Standaard slaakte deze week een bakker een noodkreet over de kost van elektronische betalen. Sinds 1 juli 2022 zijn ondernemingen verplicht om, naast de optie cash, ook minstens één vorm van elektronisch betalen aan te bieden. Een algemeen beeld krijgen van hoeveel transactiekosten ondernemers in ons land moeten betalen, blijkt vrij onmogelijk.

“Zeer, maar dan ook zeer kort door de bocht kan je stellen dat het bij Payconiq ongeveer 6 eurocent per transactie is, bij een debetkaart 12 eurocent en bij een kredietkaart 1 procent van het totale bedrag”, zegt Lieven Cloots van zelfstandigenorganisatie Unizo.

“Al zijn er zoveel verschillende opties en abonnementsformules dat het onbegonnen werk is om alles gelijk te trekken. Zo hangt de tarifering niet alleen af van de betaalverstrekkers zoals Worldline, Payconiq en Easy Payments, maar ook van het aantal terminals dat je nodig hebt, het aantal transacties dat je per maand doet en het type abonnement dat je hebt. Er bestaan bijvoorbeeld packs waarbij zowel je terminals, je onderhoud als een bepaald aantal transacties inbegrepen zitten.”

De goedkoopste oplossing voor handelaars is een rechtstreeks contract met Payconiq (bijvoorbeeld via een Payconiq-sticker). Dan betaal je 6 cent voor een transactie in de winkel en een jaarlijkse werkingskost van 18 euro.

De discussie rond (de hoge) transactiekosten woedt al meer dan tien jaar, zo luidt het bij Unizo. “Het blijft een doorn in het oog, ook al zijn er al een aantal maatregelen genomen: zo besloot Europa onlangs nog om in te grijpen in het aantal van de transactiekosten dat naar de banken gaat”, zegt Cloots. “Wij pleiten ervoor dat hetzelfde gebeurt op het vlak van de betaalverstrekkers, maar voorlopig lijkt daar relatief weinig animo voor te zijn.”

Om het in de toekomst allemaal wat overzichtelijker te maken, maakt de FOD Economie momenteel ook werk van een simulator waarmee ondernemers kunnen nagaan welke aanbieder en formule nu precies voor hen het voordeligst is. Vergelijkbaar met wat een V-test doet voor de consument en zijn energieverbruik. De bedoeling is om uiterlijk tegen eind 2025 klaar te zijn.