Over de ‘Gilets jaunes‘ en de buurtsuper
Is het een diepgewortelde rebelse koppigheid of gewoon een andere kijk op datgene wat afgelopen week werd gepubliceerd over de food retail? Luc Ardies kruipt in zijn pen om iets wat hem opvalt – in goede of slechte zin – te delen. Een nieuwe dwarse column over maatschappelijke verzuring en hoe de buurtsuper daar een antwoord op biedt.
Christophe Guilluy, een Franse stadsgeograaf en ondertussen wereldwijd erkend visionair, analyseerde de protestbewegingen van de ‘Gilets Jaunes’ en kwam tot het besluit dat de bron van de talrijke onlusten veel dieper moet gezocht worden dan dure brandstofkosten.
Hij wijst op het ontstaan van ‘La France périphérique’ (het perifere Frankrijk), dat zich uitstrekt vanaf de kwetsbare verstedelijkte rand van de grote steden, over de kleine en middelgrote steden, tot het platteland waar maatschappelijk verzuring is opgetreden. Mensen daar voelen zich in de steek gelaten.
Zijn analyse wordt zowel door politiek links als rechts in Frankrijk gerespecteerd. In zijn analyse verwijst hij ook naar de laatste buurtwinkels die in de perifere gebieden de deuren hebben gesloten. Op die manier werd het maatschappelijk weefsel verstoord. Buurtwinkels en buurtsupermarkten zijn immers plaatsen waar mensen elkaar ontmoeten en in die zin een belangrijke bijdrage leveren voor de maatschappelijke cohesie.
Ook in ons land speelt, in tijden van maatschappelijke verzuring, de buurtsuper een belangrijke rol. Mensen ontmoeten er elkaar, kunnen een praatje slaan over zowel de leuke als de lastige momenten in het leven.
Politieke partijen - die hun verkiezingsprogramma beginnen klaar te maken voor 2024 - zijn zich best bewust van die maatschappelijke meerwaarde. Maar ook de zaakvoerders zelf, als hun winkelmedewerkers kunnen de hogere zingeving van 'hun' buurtsuper vinden en verder uitdragen.